Vanwege de bestuurlijke, beleidsmatige en/of financiële belangen en mogelijke risico’s is het verplicht dat in de jaarlijkse gemeentebegroting aandacht wordt besteed aan derde rechtspersonen, waarmee de gemeente een band heeft (artikel 9 Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten).
Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft (artikel 1 Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, Bbv). Dit kan een samenwerking zijn in de vorm van een gemeenschappelijke regeling, zoals bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr), maar dat hoeft niet. Niet iedere verbonden partij is een gemeenschappelijke regeling en niet iedere gemeenschappelijke regeling is een verbonden partij. Als de gemeente alleen een bestuurlijk belang heeft, of alleen een financieel belang, is er in juridische zin geen sprake van een ‘verbonden partij’ zoals bedoeld in het Bbv.
Onder bestuurlijk belang wordt verstaan "zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht". Onder financieel belang wordt verstaan: "een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat onderscheidenlijk het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt." (art. 1 Bbv).
Om die reden worden in deze paragraaf de verbonden partijen zoals bedoeld in het Bbv en onze samenwerkingsverbanden afzonderlijk beschreven. Deze paragraaf bevat een totaaloverzicht van alle deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen, stichtingen en verenigingen.
Volgens artikel 15 Bbv dient deze paragraaf ten minste te bevatten:
- de visie op verbonden partijen in relatie tot de realisatie van de doelstellingen die zijn opgenomen in de begroting;
- de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen.
Bij de verschillende aangegeven verbonden partijen is een tabel toegevoegd waarin vermogens en resultaatinformatie en de verschillende belangen zijn aangegeven. In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de risico’s van de specifieke verbonden partij aangegeven.
In de eerder genoemde programma’s is bij de specifieke producten aangegeven op welke wijze de verbonden partij bijdraagt aan de realisatie van de doelstellingen van de programma’s, hoe de maatschappelijke effecten worden bereikt.
Op de drie niveaus van samenwerking is het college voor overleg en beleidsafstemming indien dit meerwaarde heeft. Er worden in principe geen bevoegdheden overgedragen.
De criteria voor afweging van samenwerking zijn:
- Wettelijke verplichting;
- Financiële noodzaak;
- Specialistische kennis;
- Voordeel van bundeling/synergie;
- Gemeentegrensoverschrijdende problematiek;
- Efficiencyvoordeel van grotere schaal;
- Het gezamenlijk belang;
- Democratische legitimiteit;
- Zeggenschap;
- Goede invloed voor de onderlinge relatie; en
- Beperking van risico’s.